Triatleten hebben slecht sperma

Het klinkt als een ware onheilstijding. Mannen die meer dan 290 km per week fietsen hebben een beduidend lagere zaadkwaliteit dan hun niet-fietsende leeftijdsgenoten.

Het verband tussen veel fietsen en een lagere spermakwaliteit werd al langer vermoed, maar is nu ook wetenschappelijk gestaafd. De universiteit van Cordoba volgde een tijdlang 15 triatleten die op nationaal of internationaal niveau presteerden. Hun sperma werd onderzocht nadat de atleten in kwestie zich drie dagen van elke seksuele activiteit hadden onthouden. De resultaten werden vervolgens naast de individuele trainingschema’s gelegd.

Bij atleten waar de klemtoon om loop- en zwemtrainingen had gelegen, was er niks aan de hand. Anders was het gesteld met het staal van de atleten die ijverig hadden gefietst. Die laatsten hadden slechts 4% ‘normaal’ sperma in hun staal. De kans op een nageslacht is daardoor haast uitgesloten.

Volgens de onderzoekers heeft de dalende spermakwaliteit van veelfietsers een aantal oorzaken. Zo veroorzaakt de voortdurende druk van het zadel tegen het kruis wellicht microscopische beschadigingen aan de teelballen. De nauw aansluitende fietskledij zorgt er dan weer voor dat de temperatuur van de teelballen te hoog oploopt, terwijl de met ijverig trainen gepaarde stress als laatste een duit in het zakje doet.

Mocht je bij het lezen van dit artikel meteen de aandrang voelen om gillend richting spermabank te rennen, dan is die ijver alvast overbodig. Al wie minder dan 290 km per week afmaalt, hoeft zich volgens de onderzoekers geen zorgen te maken.