Subscribe Now
Trending News
By using our website, you agree to the use of our cookies.
Uncategorized

Wouter Vander Mast: “De perfecte wedstrijd!”

Hey Allemaal,

Na een woelige nacht was het eindelijk zover. Het Belgisch kampioenschap 1/2 triatlon stond te wachten om betwist te worden. Om 3u en om 5u s’morgens had ik al eens op de klok gekeken of ik al mocht opstaan maar helaas. 7u ging dan toch eindelijk de wekker. Eigenlijk helemaal geen honger maar  met heel veel moeite het nodig voedsel achter de kiezen geduwd. Gelukkig was het weer ons vandaag beter gezind dan zaterdag waardoor we op een droog parcours konden fietsen. Toch weer een zorg minder.

Tijdens het inzwemmen kwam ik toevallig Maxime Verstraeten tegen. Dat was natuurlijk ideaal vermits dit één van de grootste concurrenten bij de beloften was. Tussen hem en mijn trainingsmaatje Bart Schrooyen ging ik van start. Het was een rustige start zonder incidenten (althans voor mij toch) en al snel ontstond een klein groepje enkele meters rechts van mij. Ik twijfelde niet en plaatste me comfortabel achter de eerste 5 zwemmers, ideale positie! Op deze positie zwom ik heel het eerste deel van de zwemronde (heen en terug). Al snel gingen 2 zwemmers ervandoor, waaronder Tim Brydenbach. Toch had ik nog 3 gangmakers voor me zwemmen. Net voor halfweg zwom 1 van hen een stukje weg. De 2 andere volgden niet waardoor ik uit mijn schuilplaatsje kwam en in de achtervolging ging. Het was een stuk zwaarder zwemmen vooral door de vele golven op de terugweg. Na een poosje voelde ik een hand aan mijn voet. Ik keek snel achterom en jawel, de 2 zwemmers profiteerden mee van mijn werk. Het verschil in energieverbruik was zodanig dat ik me maar opnieuw liet uitzakken achter de 2 en er niet meer voorbij zou komen. Toen ik op het droge kwam hoorde ik door de microfoon omroepen dat ik, samen met Maxime Verstraeten als 2de en 3de! uit het water was, de andere 3 waren trio’s blijkbaar. Ik keek achter mij en daar gaapte echt nog een grote leegte. “Amai, goed gezwommen precies” dacht ik bij mezelf. 🙂

Het fietsparcours is een geval apart. Als je daar 1 toertje op fietst denk je: “was dat het maar?” Na 4 ronden denk je nog wel hetzelfde: “was dat het maar?” enkel denk je dit nu niet over het parcours, maar over je eigen benzinetank! 🙂 Ik heb het op training zelf mee gemaakt dus ik had mijn lesje duidelijk geleerd. 🙂 Doseren was dus de boodschap. Ook mentaal niets lastiger dan 4 ronden vind ik. Ik probeerde de eerste ronde in de buurt te blijven van Maxime maar bij elke klim ging hij toch wel sneller omhoog. Al had ik het perfect gekund, toch liet ik hem rijden uit schrik mezelf op te blazen. Wonderwel kwam ik na elke afdaling weer bij hem aansluiten. Een verschillende tacktiek? Een betere parcourskennis? Ik zou het niet weten. Na 2 ronden konden we bij Tim Brydenbach aansluiten. Blijkbaar de koploper, viel mijne frank pas na het fietsen. :-s Ik dacht dat Tom Vanderhoogerstaten op kop reed maar dat was blijkbaar ook een trio. 🙂 De derde ronde moest ik echt op mijn tanden bijten. Niet omdat het te snel ging, integendeel. Ik zag duidelijk aan Maxim dat hij het lastig kreeg. Hij reed nu niet meer weg op de klimmetjes en ik moest bijna niet trappen in de afdalingen. Het was heel aanlokkelijk om eens flink aan de boom te schudden maar het was nog 30 – 35 km dus bleef ik mezelf maar zeggen: “Laat u ni vangen Woutje … nu nog niet … de laatste ronde moogde is proberen … nu nog ff wachten, het is nog wat te vroeg”. Dus ik bleef waar ik zat en ik dronk nog wat en ik at nog wat. Op de slotklim van ronde 3 kon ik mezelf niet meer bedwingen. 🙂 Ik zette me op kop en reed voor het eerst in de wedstrijd eens een klim echt hard omhoog, zonder echt de bedoeling te hebben om weg te rijden. Toen ik boven aan het keerpunt kwam, een kleine kilometer verder had ik al bijna 20 seconden op de 2 achtervolgers. Ik keek niet meer achterom en reed een halve ronde hard door. Toen ik aan de lange klim op het parcours kwam, schakelde ik weer over naar mijn vaste tacktiek: niet te zot in de beklimming, zeker niet in de weerstand maar dan ook niet recupereren in de afdaling. Toen ik boven kwam op de klim was Tim terug komen aansluiten, al had het toch behoorlijk wat moeite gekost wist hij me achteraf te vertellen. Maxime was in de verste verte niet meer te zien. Weet je wel: “was dat het maar? … in de benzinetank?” 🙂 Zoiets zal het vermoedelijk wel geweest zijn. Ik drong verder niet aan en zat met mijn hoofd al bij het lopen. Ik was vooral begaan met het belofte-podium dus in Tim zag ik helemaal geen concurrent, dat is trouwens zowiezo nog een trapje hoger dus ik durfde daar al gewoon niet aan denken. 🙂

Na snelle lange wissel (lang vermits ik sokken en compressiesokken had aangedaan en snel omdat dit gezien de omstandigheden best vlot verliep) dook ik het bos in voor mijn eerste van 3 loopronden. Ook dit parcours was weer wit of zwart. Als je nog goed zit kan je ondanks het lastige parcours een goede tijd lopen. Maar als je het beste al voorbij bent dan duren de minuten 120sec of denk je dat je 21 miles aan het lopen bent ipv 21 km! Net zoals bij het fietsen wist ik exact welke rondetijden ik wou halen. Ik hield deze dan ook nauwlettend in de gaten. Vooral de bordjes die om de km geplaatst waren maakten dit ideaal. Na 2km keek ik op mijn horloge en zag dat ik echt veel te rap vertrokken was. Het was nu wel al hoofdzakelijk bergaf geweest maar toch hield ik al een beetje in. Tijdens de lange klim hetzelfde, weer te snel. Al had ik het gevoel dit tempo goed aan te kunnen, toch vertraagde ik nog een beetje. Ik begon zelfs wat te twijfelen of het nog wel snel genoeg was. 🙂 De eerste ronde verliep dus zonder veel problemen. In de 2de ronde liep ik opnieuw onder mijn vooropgesteld schema, al liep ik hierop enkel uit in de afdalingen. Tijdens het bergop lopen was het op mijn tempogemiddelde. Ik begon nu toch ook wel duidelijk de beentjes ( en eigenlijk al de rest ook) te voelen. Ik citeer even Bart Schrooyen: “It’s all in the mind!” Dus ik zorgde ervoor dat ik aan iets anders begon te denken. Namelijk aan het feit waar de rest bleef, ik had namelijk verwacht dat er toch wel een aantal grote namen onderhand wel bijna moesten gaan voorbij komen. Sleutel, Denis, De Wilde, … Van mijn trainer, Olivier en ons Papa kreeg ik wel steeds tijden door van andere beloften vermits het mij daar vooral om ging, maar ik begon toch stiekem een klein beetje te dromen dat er misschien nog wel meer in zou zitten of zo. Net voor het ingaan van de laatste ronde riep Wim De Doncker mij toe dat als ik bleef lopen zoals ik bezig was, de 2de plaats zeker binnen was. Een klein stukje verder kwam ik voorbij het leukste stuk van heel het parcours, namelijk de beste supportersbende die je u maar kan voorstellen!! Als je ze bezig ziet dan kan je uw ogen niet geloven! Maar het werkt wel, helemaal volgepropt met adrenaline dook ik voor de laatste 7 km naar beneden het bos in. Jammer genoeg was de adrenaline al lang uitgewerkt wanneer ik aan de lange, precies eindeloze klim moest beginnen. “Ja wadde zeg”. Veel van de omgeving heb ik toen niet meer gezien, ik moest gewoon zo snel mogelijk boven zijn. Het enige waar ik aan dacht was: “Als ge boven bent is het binnen! … als ge boven zijt is het binnen! … als ge boven zijt is het binnen!” Daarna was het namelijk nog 500m afdalen en 2km vlak. Net op de top had je de laatste bevoorrading. Ik kwam boven, keek nog even achterom (niemand te zien), trakteerde me nog snel even op een vluchtig half colake (de andere helft was naast mijne mond gevlogen, jammer maar het moet vooruit gaan hé) en het genieten kon beginnen! Ik kon niet wachten tot ik de supportersgroep in het zicht kreeg. Zij hadden zich opgesteld in een soort van erehaag, echt kicken!!!! Onbeschrijfelijk als je daar dan als 2de overall over de meet komt op het Belgisch kampioenschap 1/2 triatlon!

Vandaag, een dag na de wedstrijd kan ik nog steeds niet goed geloven wat ik geflikt heb. Ik moet gisteren geen superdag maar een mega superdag hebben gehad want ik heb mezelf echt torenhoog overstegen. Vanmorgen zag ik zelfs nog dat ik de eerste fietstijd had gereden, daar verschoot ik pas helemaal van want heb nooit het gevoel gehad dat ik alles moest geven op de fiets. Dat verklaarde natuurlijk ook het feit dat er niemand meer terug kwam tijdens het lopen. Ik had me vooraf op een podiumplaats bij de beloften gehoopt maar als je het resultaat bekijkt vind ik zelfs mijn Belgische titel bij de belofte nog niet zoveel als mijn vice-belgische titel overall.

Hopelijk hebben jullie via dit verslag wat mee kunnen genieten van één van de hoogtepunten uit mijn carriere. Toch nog even heel de supportersbende bedanken voor de steun onderweg, mama en papa voor de steun thuis tijdens de lastige trainingsdagen en vooral ook mijn schatje he. Hestia, ik ben vaak weg om te trainen maar jij mag mijn medaille ook eens vasthouden hoor. Haha! 🙂

Groetjes Wouter
http://www.woutervandermast.be