Subscribe Now
Trending News
By using our website, you agree to the use of our cookies.
Grenzen verleggen 4: “Over de grens”
Column

Grenzen verleggen 4: “Over de grens”

Oud Gastel lopen 1

Oud-Gastel, Zaterdag 27 juni, 9u30… Mijn tijdritmachine lonkt naar me in de wisselzone. De Boardman boezemt me tegelijk angst en diep respect in. De grijsgele Air TT 9.2 is helemaal klaar voor de 60 kilometer, de atleet zelf heeft er zijn bedenkingen bij. Het wordt de eerste keer dat ik vol zal gaan over 60 kilometer en vanaf de eerste meters wordt mijn vrees beantwoord: de wind besluit om vandaag genadeloos driekwart van het parcours in het nadeel te gaan staan. Langs de andere kant voel ik me ook nog redelijk fris, ondanks de 1300 meter zwemmen. In deel 3 van “Grenzen Verleggen” kon je al lezen hoe dat zwemmen verliep.

Bij het uitkomen van de wisselzone staat de wind pal op de neus. Ik had er gelukkig op voorhand rekening mee gehouden en een wijze triatlonraad opgevolgd: er altijd voor zorgen dat de ketting al op de juiste versnelling ligt. De eerste van drie ronden gaat me goed af. Ik heb van Wolvenberg de Lazer Helium helm gekregen, in 3athlon.be oranje natuurlijk (en meteen reden 9 toegepast van “10 redenen waarom vrouwen van triatleten houden” en bijpassende oranje bidonhouders geplaatst). Daar zit een aeroshell bij en die zou voor wat extra aerodynamica moeten zorgen… en ik hoef er dus geen badmuts over te trekken, zoals we ooit in “Shaving Seconds” als tip meegaven. Ik lijk wel door de windvlagen te klieven en ik begin er echt zin in te krijgen.

Hans Oud Gastel fiets

In de wissel heb ik een vijftal atleten sneller zien wisselen en ik neem me voor om hen terug te pakken en mijn rechtmatige plaats weer op te eisen. Een mens moet een doel voor ogen hebben niet? Maar mijn eerste doel is me niet laten afschrikken door de strakke zijwind die op het lange rechte stuk door de polders richting A4 af en toe grip zoekt op de hoge velgen van de carbon FFWD F9R wielen die ik bij Slipstream Wheels op de kop kon tikken. Gunther had me op voorhand gewaarschuwd. Hij verhuurt per seizoen redelijk wat carbon wielsets, vaak inclusief disc. Een vol achterwiel vond ik er een beetje over voor een zwaar recreatieve atleet als ikzelf, maar de clinchers zijn meer dan voldoende om mijn snelheid te verhogen. Maar het is dus wel even wennen met die zijwind, maar dan vooral vooraan. Achteraan heb je er weinig last van.

In de verte zie ik een drietal atleten. Ik leg me vastberaden in mijn beugels en schakel een versnelling hoger. Meter per meter zie ik de silhouetten groter worden en een paar minuten later heb ik ze te pakken. Wàt… een… gewèldig… gevoel! Oud-Gastel is mijn derde triatlon ooit en voor het eerst slaag ik er in om iemand voorbij te gaan in het fietsen. In de eerste ronde ben ik blij dat ik vijf atleten passeer. Ik voel me super!

Oud Gastel Hans fietsen

Ondertussen neem ik telkens voor de bochtige passages en bij de enige twee bruggen op het parcours de tijd om te eten en te drinken, net zoals ik me tijdens de parcoursverkenning al had ingeprent. In het centrum van Oud-Gastel stuwt speaker Wim Van de Broek me vooruit. Zo voelt dat dus als je je naam hoort roepen in een wedstrijd. Nu snap ik het…

In de tweede ronde krijg ik vleugels als ik opnieuw vijf atleten ter plaatse laat. Vooral op de stukken met tegenwind gaat het bij mij vlotter dan bij hen, dus ik besluit van ze telkens wel wat opbeurends toe te roepen. Geen één van hen die mij later op het loopparcours weer voorbij liepen, deed hetzelfde overigens… ondankbaren… 😉 Willem Decock van EFC-ITC zie ik met een lekke band langs de kant staan. Hij heeft hem net hersteld en kan weer door. Ik laat hem ter plaatse, maar in het gedeelte met rugwind, waar ik weer wat te eten en te drinken neem, komt hij me opnieuw voorbij.

Colpie Oud Gastel

Halverwege het fietsen lijkt het wel even alsof ik stil sta. Ik kijk op mijn TomTom Multisport Cardio en zie dat ik tegen de wind in zo’n 33 per uur fiets, terwijl leider Sven Strijk me voorbij komt gevlogen. Man, wat gaat het hard. Een paar minuten later hoor ik een vertrouwde stem die me vooruit schreeuwt. Colpie komt als tweede voorbij gestormd. Ik besluit om me niet te laten verleiden en blijf mijn eigen tempo rijden. Het verbaast me dat er niet meer dan een tiental toppers voorbij komt.

In de slotronde zie ik bij de kruising naar het centrum van Oud-Gastel een grote groep van een man of twintig vanaf de andere kant komen. Ik ben blij dat ik af en toe een paar renners kan oprapen en heb geen enkele keer last gehad van stayeren en daar ben ik blij om. Het geeft toch een bevredigend gevoel in de wetenschap dat je 60 km helemaal alleen hebt gereden. Tegen de wind in kom ik opnieuw bij Willem Decock. Deze keer moet hij me definitief laten gaan. Ook in het lopen zal hij niet meer voorbijkomen, maar dat is vooral te wijten aan een hardnekkige blessure. Niettemin ging hij op karakter wel door. Respect! Ik steek in de laatste kilometers nog een tandje bij in de afdaling en schuif in totaal 15 plaatsen op. Wim Van de Broek roept me de wisselzone binnen. En her en der hoor ik Belgen én Nederlanders mijn naam roepen. De sfeer is goed.

Oud Gastel lopen 2

Maar dan moet er nog 14 km lopen volgen. Eén van de mannen die ik in de slotronde passeerde op de fiets wisselt iets sneller. Hij loopt eigenlijk iets te snel voor mij, maar ik probeer aan te klampen, ook al omdat ik me achter zijn rug kan wegstoppen voor de tegenwind die de eerste 2 km zwaar maakt. De eerste kilometers vallen nog mee. Ik heb deze keer geen last van krampen, maar de zon is ondertussen wel helemaal doorgebroken en het wordt echt warm. En daar houd ik niet zo van tijdens het lopen. Vlak voor het eerste aid station speel ik een gelletje naar binnen zodat ik die met water kan doorspoelen.

De organisatie is top, met 3 aid stations op een parcours van 3,5 km heen en 3,5 km terug. Dat zijn dus 6 bevoorradingsposten per ronde van 7 km. Ik besluit elke keer te stoppen, te drinken en dan weer door te gaan. Lopen en drinken tegelijkertijd is iets wat ik maar moeilijk onder de knie krijg en bovendien is het een mooie mental Jedi truc om het loopparcours te verkleinen: van aid station naar aid station.

Joris Sels Oud Gastel

Ik kruis een hoop bekende atleten en ik kan me niet inhouden: ik moet en zal ze aanmoedigen. Zij doen hetzelfde en dat voelt heerlijk… Ook de vrijwilligers en de medewerkers van ’t Veerke zijn superenthousiast en roepen elke atleet toe. Ik weet dan al dat ik ga finishen, al moet ik het tempo serieus laten zakken, tot opluchting van Joris Sels die in de eerste ronde blijkbaar niet zo ver voor me liep. Als ik hem kruis, geef ik hem een high-five omdat ik denk dat hij naar de finish gaat, maar ook hij moet nog een ronde. “Je loopt sneller dan ik,” roept hij me toe. En ook dat geeft me vleugels.

Na 9 km is het vat volledig leeg. Maar ik weet dat het keerpunt er aan komt en blijf doorgaan. Ik haal nauwelijks nog 9 km per uur. Pas in de laatste lange rechte lijn richting centrum Oud-Gastel kan ik nog heel even versnellen. Ik denk aan wat me zo dadelijk te wachten staat en ik denk wel honderd keer: “Ik ga een 1/3de triatlon uitlopen”. Ik mikte op 4 uur, maar na 3u48 loop ik onder de finish boog door. Het gevoel is onbeschrijflijk. Ik zie een heel groepje supporters staan, maar ik heb alleen nog oog voor Caroline, die me al die maanden gesteund heeft. En eigenlijk deed ik het allemaal ook wel een beetje voor haar. Zij weet waarom, al de rest maakte even niet zoveel uit.

152 atleten zijn gestart. Ik kom als 136ste binnen in 3u48’17 en laat 9 atleten achter me. Hier staat het zwart op wit.

OudGastel finish

Na de finish moet ik een keer of honderd mijn verhaal doen, maar het duurt geen vijf minuten voor ik de eerste vraag krijg: “En wanneer ga je een halve doen?” Wat mij betreft: nu nog even niet. Eerst maar eens de kwarttriatlon van Kapelle Op Den Bos onder de 3 uur doen. Wordt dus vervolgd op 21 juli…

Foto's: Chris Hofkens